De aardpeer (Helianthus tuberosus) is ook bekend onder de namen topinamboer, knolzonnebloem en jeruzalemartisjok. Voor het eerst beschreven in 1605 door een Franse ontdekkingsreiziger die de plant aantrof bij de Huron indianen in Amerika. De Topinambas zijn de naamgever van deze plant.
De aardpeer kwam in Italië terecht waar ze ‘draai-naar-de-zon’ (Girasole) werden genoemd. De Engelsen hebben deze naam verbasterd naar Jeruzalemartisjok. De plant lijkt op een zonnebloem, is meestal vrij hoog (1.20-2.40m) en er komen gele bloemen aan waar de bijen dol op zijn. Helaas heeft de aardpeer op Veldzicht nog nooit gebloeid. Misschien heeft de plant nog warmere zomers nodig?
De knol kun je na de eerste nachtvorst de hele winter oogsten. De smaak is zacht zoet met een vleugje noot; hoe groter de knol hoe zoeter. Als je de knol vers gebruikt smaakt hij geraspt door de sla erg lekker. Maar ook gekookt en gebakken is het een gezonde toevoeging aan de dagelijkse dis. Op internet zijn verschillende recepten te vinden. In de aardpeer zit veel ijzer in vergelijking met andere groenten. Maar pas op, deze vergeten groente kan ook winderigheid veroorzaken.