Absintalsem (Artemisia absinthium), ook alsem, absint of aalst genoemd, komt in Nederland bijna niet meer voor in het wild. Van juli tot september bloeit dit bittere kruid met gele bloemetjes en ruikt ook bitter.
Vanwege zijn bitterheid veel gebruikt voor aperitieven en kruidenwijnen. Absint was vroeger een volksdrank van anijs, venkel, absintalsem en verschillende kruiden. In de 19e eeuw vooral populair onder kunstenaars waar het ook bekend stond als ‘groene fee’ vanwege de groene kleur. Bij overmatig gebruik kon het ook leiden tot chronische afwijkingen, verslaving en uiteindelijk de dood.
Minder bekend is dat het ook een gele verfstof bevat, geschikt om te gebruiken bij het verven van textiel. Bij Veldzicht staat de plant daarom bij de verfplanten in het historisch kruidenveld. Ook in de Dodoens Cruydehof kom je absintalsem tegen.
Leuke weetjes!
Een bosje absintalsem bij de voordeur zou helpen om nachtelijke bezoekjes van kwelgeesten af te weren (let wel op de achterdeur).
Of door het kruid te verwerken in inkt voorkwam men dat muizen oude brieven opaten.
Of door het als strooikruid in de woning te gebruiken volgens een oud recept: 2 eetlepels gedroogde absintalsem, 2 eetlepels gedroogde lavendel en 2 eetlepels gedroogde munt vermengen en in zakjes binden en tussen kleding hangen. De geur is scherp en fris én blijft niet in kleren hangen zoals mottenballen wel doen.